Als de training een wedstrijd wordt
Gepubliceerd: 15-05-10Op de tv zag ik enige tijd geleden een verslag van een tennisfinale waar onder anderen de nummer een van de wereld, de Spanjaard Nadal zou uitkomen. De commentator vertelde in z´n voorbeschouwing dat ze Nadal wel eens gevraagd hadden waarom hij in belangrijke wedstrijden zelden tot nooit last had van een “mentale dip” in tegenstelling tot de meeste andere tennisprofs. Nadals verklaring hiervoor was dat hij volgens zijn zeggen ook tijdens zijn trainingen altijd 100% geeft!!… Mijn eerste reactie was: “jij komt jezelf eerdaags tegen !!”.
Hoewel ik overtuigd was van mijn gelijk verwachte ik niet dat ik binnen een uur waarin de finale zou plaats vinden al mijn gelijk zou krijgen. Want wat gebeurde: Nadal kreeg tijdens de wedstrijd last van beide knieën en hoewel niet ernstig genoeg om de wedstrijd te moeten staken, verloor hij hierdoor wel de wedstrijd.
Dit voorbeeld illustreert heel treffend dat trainen op 100% van het maximale vermogen niet ongestraft elke training kan worden vol gehouden.
Ook in mijn praktijk zie ik regelmatig sporters die elke training beschouwen als een wedstrijd en als gevolg daarvan geblesseerd raken. Met name beginnende sporters met talent raken gemotiveerd door de snelle progressie en willen hun grenzen in elke training verleggen door alles te geven.
Kijken we naar de trainingsleer en trainingsprincipes dat blijkt een goede training voor wat betreft de belasting altijd te bestaan uit een percentage van het maximale vermogen dat een sporter gedurende een wedstrijd kan leveren. In de praktijk kan dit variëren tussen de 70 tot 90% van het max. vermogen.
De intervaltraining lijkt hierop een uitzondering, maar elke interval is relatief kort en altijd maar een klein deel van de duur die een wedstrijd normaal in beslag neemt (dus ook weer een percentage van…).
Houden we ons aan de trainingsprincipes voor wat betreft de percentages van het maximale vermogen dan zullen er niet zo snel blessures ontstaan (blessurepreventie) en is het effect van de training optimaal. Een sporter kan daardoor op een gegeven moment zo goed getraind zijn dat we spreken van “in vorm zijn”.
Met betrekking tot het “in vorm zijn” wil ik nog het volgende kwijt. Het is m.i. niet mogelijk om gedurende 365 dagen van het jaar “in vorm te zijn” en het is daarom niet slim dit desondanks na te streven. Na een periode van consequent, en van tijd tot tijd intensief trainen om in vorm te komen heeft het menselijke lichaam ook een periode van rust voor herstel nodig.
Dus probeer vooruit te plannen wanneer je in vorm wilt zijn voor belangrijke wedstrijden.
Dit plannen van “de vorm” noemt men ook wel periodiseren.
Ook dit periodiseren draagt bij tot blessurepreventie!!!
Laatste nieuwsberichten
- Gepubliceerd: 17-03-22
- Gepubliceerd: 14-02-19
- Gepubliceerd: 24-09-18
- Gepubliceerd: 18-09-17
- Gepubliceerd: 24-03-16
Praktijk voor fysiotherapie &
sport- fysiotherapie Jack Jongejan
is lid van het KNGF